Hoe herken je hoogbegaafdheid bij een kind
- Een tomeloze leergierigheid, alles willen weten: ‘Waarom? Hoe? Wat als?’
- Langer doorvragen dan andere kinderen.
- Sterke interesse in oorzaak-gevolg relaties en abstracte begrippen zoals liefde, zin van leven en dood.
- Jong verbanden leggen en conclusies trekken.
- Het hebben van een vroegtijdige spraakontwikkeling. Of laat beginnen met praten maar dan wel vloeiend. Het kind gebruikt gevorderde zinsstructuur en woordenschat.
- Probeert graag nieuwe dingen uit
- Ideeën uitleggen op complexe, ongebruikelijke wijze en complexe antwoorden geven op vragen.
- Opvallend goed formuleren.
- Snel en logisch nadenken en een sterke behoefte aan veel variatie en diepgang.
- Langdurig en intensief kunnen concentreren op zaken die het kind interesseert. Vaak geheel in een eigen wereldje.
- Intens reageren op geluid, smaak, geur of gevoel door het tonen van emotie (huilen, boos, opgewonden zijn).
- Kunnen concentreren op twee of meerdere dingen.
- Een uitstekend geheugen.
- Het kunnen redeneren en bedenken van creatieve oplossingen om problemen op te lossen.
- Van nature individualistisch en gevoelig.
- Het op jonge leeftijd meer bezig zijn met ‘leren’ dan met ‘spelen’ en interesse in kalenders, klokken, kaarten en structuren.
- Speelt vaak liever met oudere kinderen en volwassenen.
- Vindt zelf gecompliceerde spelletjes uit en houdt van puzzels
- Vroegtijdig kunnen lezen, zichzelf aanleren van lezen. Het houden van het spelen met woorden.
- Een spontaan en/of gevorderd gevoel voor humor.
- Houden van stimulatie en actie. Zelden tevreden zijn met stilzitten
- Een levendige verbeelding. Soms moeite met het scheiden van echt en verzonnen. Dit kan leiden tot allerlei angsten.
- Minder slaap nodig hebben.
Je kind testen
Als je besluit je kind te laten testen, doe dit dan met de nodige zorgvuldigheid. Zo is het belangrijk dat een specialist de test afneemt. Ook is het verstandig zo vroeg mogelijk, liefst tussen de vier en negen jaar, te testen. De resultaten blijken dan het meest betrouwbaar te zijn. Daarnaast is het goed om ook het gedrag en de werkhouding van het kind te observeren. Uiteraard is het zowel in het belang van de test als in het belang van het kind dat het kind zich veilig voelt. Stress is niet nodig en ‘foute antwoorden’ bestaan niet.
Op school
Kinderen die extreem slim zijn, doen het niet vanzelfsprekend goed op school. Ook zij moeten door hun omgeving gestimuleerd worden. Regelmatig zie je dat kinderen juist gaan onderpresteren. Door bijvoorbeeld verveling bij gebrek aan uitdaging of afwijzing door de groep.
Anders dan anderen
Vaak hebben hoogbegaafde kinderen heel goed door dat ze anders zijn dan anderen. Het ontwikkelen van een laag zelfbeeld ligt dan op de loer. Daarbij maakt een hoogbegaafd kind vaak een asynchrone ontwikkeling door. Dat wil zeggen dat het op één gebied al ver vooruit is, terwijl het op een ander gebied gewoon met de rest meeloopt of juist achterligt. Dat is allemaal best verwarrend voor een kind. Hierdoor hebben hoogbegaafde kinderen vaker dan gemiddeld moeilijkheden met sociale contacten. Kinderen die namelijk ingewikkeld praten of andere interesses, krijgen geen begrip van leeftijdsgenootjes.
Uitgelichte afbeelding: Shutterstock