Het lijkt onwaarschijnlijk, wie je ook vraagt. Iedereen is het er over eens, dat je over je baarmoederverblijf niets kan herinneren. Misschien zeggen sommigen zelfs: gelukkig maar. Want stel je voor… anderen romantiseren die tijd als paradijselijk, geen zorgen, voor je natje en droogje wordt helemaal gezorgd; lekker warm en knus. Wat is nu waar?
Je snapt dat het antwoord nogal belangrijk is en verregaande conclusies impliceert. Eén aanwijzing hebben wel al; in alle bijsluiters van medicijnen moet een verwijzing staan over het gebruik bij zwangerschap. Dat gaat dan vaak om stoffen die weeën op gang brengen, zoals laxeermiddelen. Maar ook stoffen die de ontwikkeling zouden kunnen verstoren, zoals ooit het Softenondrama. Dus als wat in het voedingssysteem terechtkomt, ook bij de kleine binnenkomt, hoe zit het dan met bv stress, schrik, ruzies? Weet je dat dan nog? Of zijn dat eigenlijk geen echte prenatale herinneringen, omdat meestal na de geboorte veel van die gewoonten gewoon doorgaan; en herinner je ze dus van veel later?
Vakantiememories
Laten we eerst eens naar herinneringen zelf kijken. Als je gevraagd wordt naar jouw vakantie van vorig jaar bijvoorbeeld, is dat een herinnering. Het hangt ervan af wat je vraagt, welk antwoord je geeft. Als ik vraag; waar zijn jullie geweest? krijg ik een exact antwoord. Hetzelfde exacte antwoord krijg ik over de tijd en hoelang die vakantie was. Maar zou ik vragen, hoe was je vakantie? Let er dan eens op wat je dan zegt. Jouw antwoord zal dan altijd een gevoelselement hebben. Ik zou kunnen vragen, wat was jouw mooiste vakantiemoment? Ook dan krijg geen precies, exact antwoord, maar een omschrijving van een gevoel, een ervaring. Als het een mooi moment was, zal ik ook iets over de locatie horen, waar dat was, hoe het weer was etc. Als ik doorvraag, hoe voelde jij je toen? Dan krijg geen heel exacte gegevens als het was 14.32 uur meer te horen, maar hoe jij je voelde met wat globale toevoegingen zoals: het was ’s middags.
Dit is een belangrijk onderscheid die we maken in onze Nucleus Visie® We hebben te maken met twee typen herinneringen. Die, zal blijken, zich manifesteren in één der beide hersenhelften. De ene herinnering gaat over exacte kennis over bv. de vakantie. De ander gaat over de ervaringen, hoe het voelde. Dat laatste, kun je gevoeglijk van me aannemen, is de belangrijkste motivator geweest, waarom je überhaupt vakantie nam. Puur verstandelijk gezien is vakantie iets echt zinloos. Een heleboel toestanden, kost je veel geld, meer risico’s etc. Kijk dan eens waarom je toch op vakantie gaat; en je bemerkt dat het allemaal om gevoel, ervaren gaat: geen stress, interessante culturen, mensen ontmoeten. Waarom koop je een souvenir (van Frans sous= onder en venir= gaan)? Opnieuw, om de ervaring te kunnen oproepen. Het zal je opvallen als ik zou vragen over een vakantie veel langer geleden, dat je de exacte gegevens langzamerhand vergeet. Maar je gevoel en de ervaring niet. Die zou je zelfs opnieuw kunnen ervaren.
Hoe het ooit voelde
Dit belangrijke onderscheid is ook van toepassing op herinneringen over je tijd voor de geboorte. Het ene type herinnering kun je inderdaad nog niet hebben, bv. waar je ooit met je moeder was, wanneer er iets was en om hoe laat. Waarom niet? Simpelweg omdat je dat nog niet hebt geleerd. Misschien zeg je, maar je hebt een bepaalde periode toch geen hersenen om op te slaan? Dat klopt ook. Alleen zijn de hersenen niet het enige orgaan dat informatie van buitenaf opslaat.
Hoe zit het dan met de gevoelservaringen, die andere manier van herinneren? Weet je daar dan wel iets van? Het antwoord is kort en bondig: Ja! Dus van onze baarmoederlijke periode weten we hoe we iets ervaren hebben. En zoals we met het vakantievoorbeeld hebben gezien, bepalen die ervaringen voor een belangrijk deel onze motieven.
Terug naar ons brein. Neurotransmitters, stoffen die te maken hebben met prikkeloverdracht tussen zenuwcellen en in ons brein veel voorkomen, zijn voor het eerst ooit gevonden …. in de buik. Verder zijn deze gevonden in het hart, wat onderzoekers brengt tot de conclusie, dat het hart een eigen brein heeft. Bovendien vertelt ons de epigenetica, dat zelfs het DNA geheugen heeft, d.w.z. informatie opslaat voor toekomstig gebruik. Daarmee moet wel duidelijk worden, dat hersenen niet het enig deel van ons lichaam is dat informatie opslaat. Derhalve is het ook niet persé nodig, dat het embryo, voor de vroegste herinneringen, een werkend brein nodig heeft. Het begrip celgeheugen maakt duidelijk dat elke cel informatie kan opslaan.
Rechterbrein dominant bij ongeborenen en baby’s
Hierbij is nu van belang welk soort herinneringen het embryo eerst opslaat. De ervaring, hoe iets voelde, wordt eerst opgeslagen. Vanuit de Nucleus Visie zeggen wij dat ervaringen worden opgeslagen in de rechter breinhelft. Die rechterhelft heeft verder, juist voor het prille leven, belangrijke specialismen, waaronder geluidsherkenning, verbinding met de omgeving, patroonherkenning en globaal overzicht. Daarbij veroorzaakt een herinnering in die rechterhelft bovendien een lichamelijke reactie. Je kunt bv wel voorstellen hoe het geluid van een krijtje of nagels over het schoolbord klinkt. Maar waarschijnlijk krijg je er meteen rillingen bij. Die rillingen zijn een lichamelijke reactie die past bij het geluid. Hetzelfde met muziek, we kunnen allerlei gevoelens, welke dus lichamelijke reacties zijn, ervaren. De zorgzaamheid in het hele prenatale ontwerp zien we terug in het feit dat deze ‘rechtse specialismen‘ noodzakelijk zijn. Door het globale opnemen van informatie wordt het kind niet overstelpt met heel veel informatie tegelijk. Ook het zoeken naar contact is begrijpelijk prominent bij het totaal afhankelijke wezentje, dat je kindje is.
Vanuit het vakantievoorbeeld zeiden we al, dat ons gevoel (meestal noemt men dat tegenwoordig het onderbewuste) de voornaamste motieven verschaft voor alles wat we doen. En als dat zo is, moeten we tot de conclusie komen, dat de allereerste ervaringen, die we ooit opdeden, de meeste invloed hebben op wat we doen en belangrijk vinden in ons hele verdere leven.
Herinneringen ophalen
Met de Nucleus Methode zijn we in staat prenatale herinneringen op te halen. In deze methode vragen we niet om de concrete herinneringen, maar naar ervaringen. Aangezien ervaringen, zoals eerder genoemd, een gevoel, een lichamelijke reactie geven, komen we er op zeker moment achter hoe iemand een bepaalde gebeurtenis ooit heeft ervaren, compleet met gevoelens. aarbij moeten we rekening mee houden, dat juist deze gevoelens door de moeder aan het kind worden doorgegeven. Dus hoe de moeder iets ervaart wordt 1 op 1 doorgegeven.
Stel dat een moeder heel blij wordt van een stukje muziek, dan herinnert de foetus de melodie mét het bijbehorende gevoel. Een goed gesprek, daarbij worden de stemgeluiden en bijbehorende gevoelens ook onthouden. Deze impressies worden later met de groei van het kind gedirigeerd naar de rechter hersenhelft, de plaats waar geluid wordt waargenomen om te onthouden. Zolang de stem binnen redelijke grenzen het gamma van gewone emoties doorloopt, zal de stem, met al zijn op emotie afgestemde timbres, later herkend worden. Mocht de stem echter gehoord worden bij een traumatische ervaring, dan zal dat specifieke stemgeluid ook later bij het kind en zelfs als volwassene dezelfde heftige gevoelens kunnen losmaken.
Vanwege de impact van alle belevenissen, in de eerste plaats van de moeder, ligt het voor de hand, dat de moeder probeert zoveel mogelijk alles, wat haar buitengewone spanning geeft, te vermijden. Gewone stress van het leven is echter als onderricht voor het kind zelfs noodzakelijk. Gebeurtenissen, die echter buitengewone stress opleveren, zullen gebeurtenissen zijn, die ook het kind later buitengewone stress opleveren. In een later artikel bespreken we, welke gebeurtenissen daar onder kunnen vallen. Gelukkig kunnen we wel zeggen, dat de impact van veel van deze te heftige gebeurtenissen belangrijk kunnen verzwakt en zelfs teniet gedaan kunnen worden.
Samenvatting
Samenvattend kunnen we dus zeggen, dat er twee typen herinneringen zijn, exacte en ervaringsherinneringen, verdeeld over respectievelijk linker en rechter hersenhelft. De specialismen van de rechterbreinhelft hebben een groot voordeel voor het kind: deze wordt daardoor niet overweldigd door teveel info; en is altijd op verbinding, contact met de ouders uit. De prenatale herinnering zijn vnl. gevoelsherinneringen. Dus wat de moeder in de zwangerschap ervaart, wordt 1 op 1 overgebracht op het ongeboren kind. Alleen hevige ervaringen zullen negatieve impact op het kind later hebben. Deze zijn echter later weer te compenseren.