Stoppen met roken is verschrikkelijk. Ik kan het weten, want ik heb het al zes keer gedaan. Iedere stoppoging ging gepaard met vervelende ontwenningsverschijnselen: hoofdpijn, misselijkheid, zweten, slapeloosheid, het voortdurend verlangen naar een sigaret… Maar vooral: de stress die ik er van kreeg. Stoppen met roken doe je over het algemeen omwille van je gezondheid, maar de momenten dat ik weer eens tegen het plafond aan vloog, kon ik me met de beste wil van de wereld niet voorstellen dat dát nou zo’n gezonde gemoedstoestand was. Niet alleen voor mij, maar ook voor mijn man en kind: ik was een heks van een partner en een draak van een moeder. Zodoende zal ik de laatste zijn die beweert dat stoppen met roken gemakkelijk is. Maar: de volhouder wint!
1. Stopdag
1. Plan je stopdag. Als je besloten hebt om te stoppen met roken, dan allereerst een dikke pluim voor je initiatief. Ook jij kunt nicotineloos door het leven leren gaan, maar dit vergt wel tijd en doorzettingsvermogen. Door je stopdag (ruim) van te voren te plannen, kan je wennen aan het idee om ex-roker te worden. Plan je datum het liefst één of twee weken vooruit en hou rekening met je agenda voor die tijd: als je kortdurende stressvolle zaken in het verschiet hebt (een examen bijvoorbeeld), kan je wellicht beter wachten totdat deze achter de rug zijn. Stoppen met roken is al moeilijk genoeg: maak het jezelf dus niet onnodig lastiger.
2. Minderen
Minder het aantal sigaretten dat je rookt. Met je stopdag in het verschiet, is het -zeker als je per dag een behoorlijk aantal sigaretten rookt- een idee om alvast langzaam af te bouwen. Rook je een pakje per dag en wil je over twee weken stoppen? Rook er dan om te beginnen elke dag eentje minder. Elke dag één sigaret minder, is gemakkelijker dan cold turkey afkicken.
3. Stok achter de deur
Vertel aan zoveel mogelijk mensen dat je gestopt bent/gaat stoppen. Ook een moeder is maar een mens. Hoe vastbesloten je ook bent, het is een goed idee om te zorgen voor een stevige stok achter de deur. Wanneer je je omgeving op de hoogte stelt van het feit dat je niet meer rookt, voel je jezelf min of meer verplicht om je woord daadwerkelijk na te komen.
4. Vraag hulp
Vraag je omgeving om steun. De meeste moeders durven niet snel een beroep op anderen te doen. Zonde! Er is niets mis mee om mensen in je omgeving om hulp en/of begrip te vragen. Charter een goede vriendin en spreek met haar af, dat je haar mag bellen als je ongelooflijk snakt naar een sigaret. Vraag je partner om een uurtje iets met de kinderen te gaan doen als de ontwenningsverschijnselen je teveel worden en je op je tenen loopt om maar niet uit je vel te springen. En als je oudere kinderen hebt: vertel hen dat je gestopt bent met roken en dat je daardoor iets minder kan hebben dan anders. Dikke kans dat zij meer dan bereid zijn om rekening met je te houden.
5. Beloon jezelf
Beloon jezelf voor je daadkracht. Een moeder is meestal trots op haar kinderen, maar niet zo snel op zichzelf. Maar als kersverse ex-roker mag je jezelf best een schouderklopje geven! Spreek met jezelf af dat je, voor iedere x aantal dagen dat je het roken achterwege laat, een klein cadeautje hebt verdiend.
6. Weet waarom je stopt
Hou jezelf op moeilijke momenten voor ogen waarom je gestopt bent. Verreweg de meeste mensen die stoppen met roken, doen dit omwille van hun gezondheid. De nicotine uit je leven bannen verkleint de kans op hart- en vaatziekten, longaandoeningen en diverse vormen van kanker. Niet alleen voor jouzelf, maar ook voor je omgeving: meeroken is namelijk ook niet bepaald een gezonde bezigheid. Andere nadelen zijn: een vieze adem, kleding die naar rook ruikt, een verminderde weerstand, het typische rokershoestje, gele tanden, een grauwe gelaatskleur en (als je binnenshuis rookt) een woonkamer vol nicotineaanslag. Het is even afzien, maar van al deze nadelen ben je verlost als je het stoppen met roken volhoudt. Beter voor jou, maar ook voor je omgeving.
7. Leef bij de dag
Leef bij de dag. Voor een roker is “nooit meer roken” een schier onneembare stap. Iedere dag opnieuw met jezelf afspreken “vandaag rook ik niet” werkt beter.
