Hoe start je met beleggen?

In deze economisch moeilijke tijden lijkt het wel alsof iedereen een extra zakcentje nodig hebt. Als moeder met opgroeiende kinderen zal het in jouw geval waarschijnlijk niet anders zijn: kinderen kosten nu eenmaal geld. Veel geld. Beleggen kan een aardige manier zijn om je inkomen wat op te vijzelen, maar dan moet je wel beslagen ten ijs komen. Onvoorbereid de beurs opduiken leidt over het algemeen tot teleurstellingen en verliezen.

Wees je bewust van de risico’s.

Beleggen blijft, hoe je het ook wendt of keert, een risicovolle operatie. Je zal niet de eerste zijn die haar zuurverdiende spaarcentjes als sneeuw voor de zon ziet verdwijnen. Als je zekerheid wilt hebben, kan je beter blijven sparen.

Beleg slechts een gedeelte van je (spaar)geld.

Je moet nooit méér geld naar de beurs brengen dan je kan missen. Voor een moeder die iedere eurocent moet omdraaien, is de aanleg van aandelenportefeuille dan ook niet zo geschikt. Ook geleend geld hoort niet in aandelen. Een goede vuistregel is, dat je maximaal eenderde van je vermogen belegt.

Gebruik geld dat je voor langere tijd kan missen.

Beurskoersen kunnen fluctueren. Daar is niets mis mee en geen enkele reden om in paniek te raken, maar het is wel noodzaak om alleen te beleggen met geld dat je in principe voor langere tijd kan missen. Eeuwig zonde: aandelen die op verlies staan maar die je desondanks moet verkopen, omdat je dringend om geld verlegen zit.

Maak een beleggingsplan.

Stel van te voren je doelen vast. Hoeveel geld ga je investeren, op welke hoogte liggen je doelen, en welke termijn heb je daarbij voor ogen? Wees hierbij wel realistisch: met hooguit een paar honderd euro in beleggingen, is binnen een jaar een paar duizend euro winst geen haalbare kaart.

Bekijk welk risicoprofiel passend is bij jou.

Beleggingen brengen grotere risico’s met zich mee dan spaarrekeningen en obligaties. Maar ook tussen beleggingen onderling bestaan grote verschillen. Ben je een eeuwig gestreste moeder die zich snel zorgen maakt over van alles en nog wat, jaag jezelf dan niet extra op met een belegging in risicovolle ondernemingen. Wil je toch perse de beurs op, dan kan je beter kiezen voor sectorfondsen: hierbij wordt de inleg over verschillende ondernemingen in een bepaalde sector, zoals energie, vastgoed of ICT, verspreid. Hierdoor ligt de winstverwachting op korte termijn vaak lager, maar krijg je minder te maken met koersschommelingen.

Spreid je aandelenportefeuille.

Op één paard wedden is niet verstandig. In plaats van één grote investering te doen in een bepaalde onderneming, kan je je geld beter verspreiden over meerdere fondsen. Liefst fondsen die in verschillende branches opereren, zodat je niet afhankelijk bent van één bedrijfstak.

Verdiep je in verschillende fondsen.

Rücksichtslos een aantal aandelen aanschaffen omdat je buurman daar ooit goede resultaten mee heeft behaald, is de beste manier om bedrogen uit te komen. Je koopt toch ook niet het eerste het beste huis dat je ziet, net zomin als dat je je kind bij een willekeurige school aanmeldt of je je aan de voeten werpt van een onbekende, doch razend aantrekkelijke man; nee, je wilt weten met wie je te maken hebt. Dit zou ook moeten gelden voor instanties waar je je geld naar toe brengt. Lees je dus eerst in over de aard van de onderneming, de behaalde resultaten in het verleden en het toekomstperspectief. Is het een gezond bedrijf?

Overleg, indien van toepassing, met je partner.

De tijd dat vrouwen “zakgeld” kregen van hun man, is gelukkig definitief voorbij. We bedoelen dan ook niet dat je je partner expliciet om toestemming moet vragen. Toch is het wel zo handig om, zeker wanneer jullie wederzijds afhankelijk zijn van elkaars inkomen, even te checken hoe je partner tegenover je beleggingsplannen staat. Je wilt tenslotte geen ruzie krijgen over geld!

Hou rekening met bijkomende kosten.

Als je aandelen koopt, krijg je te maken met transactiekosten. Wanneer je steeds (heel) kleine investeringen doet, vallen de transactiekosten naar verhouding vrij hoog uit, wat weer ten koste gaat van je winst. Ook iedere keer aan- en verkopen of tussentijds switchen kost je iedere keer een klein bedrag. Verder moet je er rekening mee houden dat ook de fiscus een graantje meepikt van je aandelenportefeuille: deze worden belast in box 3.

En nu: aan de slag! Weet je wat je wilt en zijn je doelen realistisch? Dan kan je nu echt de aandelenmarkt op! Er zijn diverse instanties waar je een beleggingsrekening kan openen, maar het gemakkelijkst is vaak een effectenrekening via je eigen “huisbank”.

Visited 3 times, 1 visit(s) today